Een kijkje in de spreekkamer van de Dokter

Als het om gezondheid gaat zitten veel mensen al snel op de stoel tegenover de huisarts bij kleine ongemakken van hun lijf. Stel je vermoed dat je suikerziekte hebt en je hebt na de befaamde bloedonderzoeken in het lab een gesprek met je huisarts. Huisarts werkt een vragenlijstje af m.b.t tot je leefstijl en combineert dit met de wetenschap van de bloedprikkers van het lab en plakt vervolgens een etiketje op je probleem.

Zijn er ook artsen die minder snel medicijnen voorschrijven?
Hmmm. Niet verder vertellen, maar toevallig ken ik er eentje.
Laat ik je met zijn toesteming meenemen naar een gesprek tussen arts en patient:
“Meneer gefeliciteerd. U hebt ouderdomsdiabetes. U hebt het schijnbaar voor elkaar gekregen na jarenlang te pas en te onpas de nodige zoete lekkernijen te verorberen, uw lichaam flink te frusteren. Sterker nog, het heeft inmiddels een hekel aan u gekregen. Waarom zult u zich afvragen? Dat zal ik u vertellen. Het wil die suikers die u eet helemaal niet hebben. Het kan het niet meer aan om telkens maar weer al die suikers die u eet naar spieren te willen brengen waar ze de deur voor diezelfde suikers meteen weer dichtgooien omdat u het ook nog in uw hoofd haalde om de luie donder uit te hangen.”

Patient kijkt met open mond naar de doc die snel zijn betoog vervolgt. “Maar weet u wat nou het mooie is? U hebt altijd een keuze. Kijk, ik kan u natuurlijk altijd een pilletje geven wat alle klachten die aan de oppervlakte zichtbaar zijn snel zullen doen verdwijnen. U zult ze niet meer zien. Geloof me. Het is bijna toveren. Maar, er is een maar… U zult uzelf wel steeds meer tevreden moeten stellen met het feit dat er steeds meer kleinere ongemakken bijkomen.”. “Maar goed, u ziet de klachten waarvoor u in eerste instantie kwam niet meer toch?
Inmiddels is de patient zijn mond langzaam dichtgegaan en gaan zijn oren steeds meer open voor elk inkomend geluid.
Het stemgeluid van de dokter klinkt steeds prettiger zo moet hij bekennen.
“Kijk” vervolgt de doc. “Dat het onder het oppervlak nog steeds rumoerig is met deze nieuwe klachten, doet niet meer ter zake. En wanneer deze klachten dan toch aan de oppervlakte mochten komen zoals slecht zien, hoofdpijnen, spierpijnen etc, dan neemt komt u gewoon weer terug om een ander pilletje bij mij te halen.” “Maar dokter” murmelt de patient die beter heeft opgelet en daarmee zichzelf verbaast, “ik had toch een keuze? Zeg me alstublieft wat die keuze is… ” ” Inderdaad. U hebt een keuze, alleen weet ik niet of u die wel wilt horen. Het vraagt namelijk nogal wat van uw aannames t.o.v. echte gezondheid en ik weet niet of u daar wel klaar voor bent.”
“Hoe bedoelt u dokter? Natuurlijk ben ik er klaar voor. Zeg me wat ik moet doen om gezonder te worden zodat ik die klachten die u net noemde niet zal ervaren. Zeg me wat ik kan doen om deze doemscenario’s te voorkomen…” Met een glimlach om de mondhoeken besluit de dokter om de patient niet langer te kwellen.  “Goed. Begin allereerst te aanvaarden dat je lichaam het niet nu echt niet meer trekt op de manier zoals je nu leeft. Zie in dat de kwaliteit van je lijf afhankelijk is van de kwaliteit van je organen en dat hun functioneren het verschil kan betekenen tussen lusteloosheid en energiek. Tussen depresssief en optimistisch, maar, ook tussen leven en dood.”

Zweetdruppels verschijnen inmiddels op het voorhoofd van de patient.

“Zodra u inziet dat alles wat u in uw mond stopt niet zo vanzelfsprekend is als uw wetenschap dat het er ooit wel weer eens aan de onderkant van uw lijf uit zal komen, bent u al een stuk verder. Wanneer u weet dat alle tussenstations tussen mond en kont – die slechte of goede voeding verwerken – nu juist bepalen met hoeveel energie u vervolgens denkt en beweegt gaat u al heel anders over voeding denken . Door suikerhoudende en bewerkte voeding weg te kauwen, dan wel te drinken zegt u eigenlijk tegen u lichaam: “Bekijk maar wat je ermee doet. Ik wil het verder niet weten. Ik heb mijn honger/dorst voorlopig weer gestild.”

“Is het echt zo dokter? Het klinkt wel logisch zoals u het zegt.” “Maar natuurlijk meneer, u gooit toch ook geen suiker in de brandstoftank van uw auto als u een eind wilt gaan rijden? U lichaam is niet anders hoor. Het weet echt wel wat het wil hebben om te presteren en anders laat het u snel genoeg weten met door letterlijk tegen te sputteren. Weet u, qua voedingsgeschiedenis eten we nog niet zo heel lang bewerkte voeding.

Ga maar eens 100 jaar terug. Toen was het gemiddelde supermarktassoriment toch echt wel even anders. Als we het bestaan van de mens zouden moeten samenvatten in een boek van 1000 pagina’s zouden alle voedingsadviezen (die nota bene van gezondheidsinstanties komen) van de afgelopen 50 jaar slechts één pagina vormen van de 1000 pagina’s voedingsgeschiedenis.

In juist in deze 50 jaar zijn we als mens steeds dikker en zieker geworden. Daarvoor kwam overgewicht en ziekten namelijk  niet in de mate voor zoals nu het geval is.”

“Maar dat is eigenlijk goed nieuws dokter.” Wat u dus zegt is dat ik door weer anders te eten, ik mijn organen een groot plezier doe zodat ze weer voor me zullen gaan werken in plaats van tegen me?” “Inderdaad meneer/mevrouw, zo is het. Niets meer en niets minder.”
“Mag ik u dan bedanken dokter? Ik heb mijn keuze al gemaakt. Voor mijn geen pillen. Ik ga aan de slag.”

“Geen dank meneer/mevrouw. Bedankt u Jelle de Vries maar. Van hem heb ik namelijk het boek “Eerst gezond, dan Slank gelezen, wat me echt de ogen heeft geopend.
Ziet u, doorgaans zijn wij doktoren helemaal niet zo meegaand en eerder eigenwijs. Maar, zo af en toe wil ik mijn kop nog wel eens uit het spreekwoordelijke zand halen en de onderzoeken die deze theoriën staven erop naslaan. En dan moet ik inderdaad tot de conclusie komen dat ik er als dokter niet veel mee kan in mijn praktijk. Ziet u, bij mij moet de schoorsteen ook roken en als iedereen de adviezen van die De Vries gaat opvolgen verkoop ik minder medicijnen.

Als doktoren hebben we namelijk geleerd – tijdens onze 8-10 jarige studies – om te vertrouwen op medicijnen en daar zijn we dan ook specialisten in als het gaat om het wegnemen van de eerste symptomen van protesterende organen en hormonen. Maar als het gaat om leefstijlveranderingen op het gebied van voeding, beweging en rust om in uw geval uw diabetes of overgewicht uit te bannen en om minder vaak bij mij op bezoek te komen, dan weet u nu waar u moet zijn. Wij artsen zijn namelijk niet gespecialiseerd in oorzaak wegnemende voedingsadviezen.

P.S Zegt u dit alstublieft niet tegen mijn collega’s. Ze zouden me wel eens voor gek kunnen verklaren en me een pilletje willen voorschrijven.”

Inmiddels is de mond van de patient weer open gevallen.
(Als je bij het lezen van bovenstaand verhaal niet minstens een glimlach om je mondhoeken hebt gekregen zou ik je willen adviseren naar je arts te gaan met het verzoek om je anti-humor pillen met onmiddelijke ingang te mogen laten staan.)

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.